Rijden je werknemers in een auto van de zaak? Dan krijg je waarschijnlijk te maken met bijtelling. Maar wat zijn nu eigenlijk de regels?
Geen bijtelling
Als een werknemer niet privé gaat rijden met de auto van de zaak hoeft hij geen bijtelling te betalen. Hiervoor dien je bij de Belastingdienst een 'Verklaring geen privégebruik auto' aan te vragen. Je mag dan per kalenderjaar maximaal 500 km privé rijden. Dit is naar ratio in een gebroken jaar. Om deze kilometers in de gaten te houden dien je een kilometeradministratie bij te houden die je bij een eventuele controle kan worden voorgelegd.
Wel bijtelling
Rijdt een medewerker wel privé met de auto van de zaak, dan krijg je te maken met de fiscale bijtelling op het loon.
Een actueel overzicht van bij huidige bijtellingspercentages vindt je op de website van de Belastingdienst.
Youngtimers
Dit zijn auto's die tussen de 15 en 25 jaar oud zijn. Over deze auto's is de bijtelling 35% van de dagwaarde.
60-maandentermijn
De 60-maandentermijn is van toepassing op auto's met een 1e tenaamstelling vóór 217. Deze auto's mogen 60 maanden lang hetzelfde bijtellingspercentage hanteren. Na deze periode wordt de bijtelling opnieuw vastgesteld. Dit gebeurt altijd per 1e van de maand.
Fiscale waarde
De fiscale waarde wordt bepaald op het moment dat de auto op kenteken is gezet: de 1e tenaamstelling. De Belastingdienst verwijst op hun site naar de site van de RDW. De waarde van de auto is de oorspronkelijke cataloguswaarde inclusief btw en bpm, en inclusief de accessoires die door of namens de fabrikant of de importeur zijn aangebracht vóór het toekennen van het kenteken aan de auto.
€300 Eindheffingsregeling voor bestelauto’s
Onder bepaalde voorwaarden kun je de bijtelling voor het privégebruik van de bestelauto afkopen. Dat betekent dat je als werkgever €300 euro eindheffing per bestelauto per jaar betaalt.
Om deze eindheffingsregeling te mogen toepassen, moet sprake zijn van een bestelauto die in verband met de aard van het werk doorlopend afwisselend gebruikt wordt door twee of meer werknemers. Hierdoor is het niet exact vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld.
Keuzemoment van geen bijtelling naar wel bijtelling of vice versa
In principe maak je één keer per kalenderjaar de keuze of je de auto van de zaak wel of niet privé gaat rijden. Wil je die keuze midden in het jaar toch veranderen, dan heeft dit nadelige financiële gevolgen.
Twee auto's van de zaak op naam
Wanneer een werknemer of DGA meerdere auto's van de zaak heeft, geldt de bijtelling voor de auto('s) waarmee de werknemer op kalenderjaarbasis meer dan 500 privé rijdt. Je moet hierbij rekening houden met het aantal rijbewijzen in een gezin. Is er maar 1 rijbewijs, dan hoef je maar voor 1 auto de bijtelling te betalen. Zijn er 2 of meer rijbewijzen, dan betaald je voor evenveel auto's bijtelling. Er wordt rekening gehouden met de auto met de hoogste bijtelling.
Alle huidige regels voor de auto van de zaak vind je terug in het Handboek Loonheffingen.